Wennen
Een minuut voordat wij in de ochtend bij de BSO aankwamen en elkaar gedag zouden zeggen, hoorde ik hem mompelen dat het toch weer even wennen is. Hij wist dat zijn beste vriend er niet zou zijn, dus even de vraag met welk volk je dan de rest van de dag optrekt. Het kan hem zitten in kleine details, en een onverwachte engel of pestkop kan je dag maken of breken. Ik reed weg en dacht aan deze notitie, want gaat zo’n gevoel ooit weg? Het hele leven blijft toch een beetje wennen?
Ik weet nog goed dat we in de stad woonden en ik opkeek tegen de verjaardagen van kennissen die in de kroeg werden gevierd. Als ik even niet kon bedenken met welke vriend of vriendin ik een goed gesprek ging voeren, was dat toch even wennen. Een blond biertje deed dan natuurlijk wonderen om met het onzichtbare ongemak om te gaan, en plots liep ik daar dan vrijwel altijd een oude bekende tegen het lijf. Urenlang konden we bijpraten. Nanou wilde dan eigenlijk al gaan, maar het liefst sloot ik die avond de tent. Hopelijk komt mijn zoon vandaag ook thuis met zo’n onverwacht verhaal. En wennen hoort erbij denk ik, dat went toch nooit?